Column: het gekkenhuis van een derby
Een week voor de derby ben je nog die gezellige buurman. Je wisselt beleefdheden uit bij de plaatselijke supermarkt, drinkt een biertje met de tegenstander in de kroeg en roddelt over de laatste transfergeruchten. Maar op zondag, als de zon eenmaal over het veld schijnt en de geur van nat gras en frietwalm zich mengt met de geluiden van toeterende vuvuzela’s, verandert alles. De vriendelijke buurman wordt een vijand, een obstakel dat met alle macht overwonnen moet worden.
De psychologische transitie die een speler en fan doormaken in de aanloop naar een streekderby, is fascinerend. Het is alsof er een switch in hun brein omgaat, en hun zachtaardige persoonlijkheid verandert in die van een bloeddorstige gladiator. Een overtreding die normaal met een ‘sorry, mijn fout’ zou worden weggewuifd, verandert nu in een moordpoging, waarop wordt gereageerd met een scheldkanonnade en een bijna-vechtpartij. Waarom? Omdat de streekderby niet zomaar een voetbalwedstrijd is, het is een bloedige familievete in de buurt.
Het begint al met de opbouw. De media spreken van een ‘kraker’ en een ‘beladen duel’. De sfeer in de kleedkamer is gespannen en op de tribunes wordt elke minuut een aanmoediging gehoord dat meer weg heeft van een oerkreet. En jeetje…. als het toch fout afloopt voor je clubje. Wat dan? Het lijkt wel of de wereld vergaat als jouw club de wedstrijd verliest. Het gejoel van de tegenstanders lijkt aan te zwellen. De adrenaline giert door je lijf. En ineens is het daar. Alsof er op de een of andere manier een onzichtbare kracht is die je ertoe dwingt om je te misdragen. Je schreeuwt iets beledigend naar iemand, snauwt een vrijwilliger af en je wil ineens iets vernielen.
Maar wat gebeurt er nou werkelijk in ons hoofd? Je hoort mensen roepen dat het de groepsdruk is, of de adrenaline! En dat is gedeeltelijk waar. Maar de ware reden is veel simpeler. De streekderby is de enige plek waar we ons innerlijke beest los kunnen laten zonder dat er juridische gevolgen zijn. Het is een collectieve emotionele zuivering. Een plek waar we even los kunnen komen van onze saaie, burgerlijke levens. Het begon al een week voordat de derby werd gespeeld. Tijdens de training en in de kleedkamer fokken we elkaar al op en de media doet daar nog een schepje bovenop. Op je werk word je erop aangesproken en er vooral op geattendeerd om beslist niet te verliezen van de concurrent. Je batterijtje is al behoorlijk opgeladen.
Niemand geeft je een boete voor het onreglementair neerhalen van je tegenstander of het verbaal beledigen van hem. Niemand klaagt je aan voor het meezingen met een sarcastisch liedje over de rivaliserende club. Je kunt ongestraft boos en emotioneel zijn. En dat is, heel eerlijk, heerlijk.
De derby is een paradox. Het is een evenement dat de lokale gemeenschap verdeelt, maar tegelijkertijd ook verenigt. Het is een moment van vijandigheid, maar ook een moment van gedeelde passie. Dus, de volgende keer dat je die vriendelijke buurman tegenkomt op het veld en hij je schijnbaar zonder reden onderuithaalt, denk dan aan het volgende. Hij is niet boos op jou, hij is gewoon even zijn innerlijke gladiator aan het loslaten. En wees eerlijk, we zouden het allemaal stiekem willen doen. Een derby is toch het heerlijkste wat je kunt bedenken in het voetbal.
Klik hier voor de eerdere columns
De columns zijn geschreven door Gerard Mak voor Voetbal Varia Zaanstreek
Foto Michael Bruins
